`Je maakt je op en je beeld doet je na. Je bedreigt haar met je lippenstift en je oogpotlood, maar ze blijft je nadoen. Vervolgens trek je haar contour na op het glanzende oppervlak. De spiegel barst: het verstrooide hoofd. Talloze plakplaatjes bedekken je. Je voelt je licht, je verheft je in de lucht. De mensen blijven staan en kijken, de ogen wijd open: boven de stad, een vlieger met lange staart en dikke wenkbrauwen.¿ Intens beeldende prozagedichten over de alledaagse onwerkelijkheid van Doina Ioanid.