Leike heeft geen ouders meer en komt in een tehuis in Maastricht terecht. Overdag moet hij keihard werken. Ik ben in de hel terechtgekomen, denkt Leike als hij voor het eerst de fabriek binnenstapt. Mannen met natte doeken om hun hoofd lopen de hete ovens in en uit. Ook Leike moet in de ovens werken, hij wordt een ovenmenneke. Langzaam maar zeker wordt hij doodziek. Gelukkig helpt Sjeng hem.