Kort na de Tweede Wereldoorlog deed de televisie zijn intrede. In de beginjaren was het medium nog helemaal niet populair; er werden maar weinig toestellen verkocht en de meeste apparaten stonden in de etalages van de radiowinkels. Twee avonden in de week waren er uitzendingen, die slechts anderhalf duurden, en alles moest ook nog eens live, in zwart-wit, met storingen en pauzes. Omdat het fenomeen televisie in Nederland maar niet van de grond kwam, werd in 1952 de Werkgroep ter Bevordering van de Belangstelling voor Televisie opgericht. Het televisie-experiment verhaalt over het wel en wee van de leden van die werkgroep. Geert Snijders is producer en ziet zijn gezin kapotgaan, regisseur Wouter Kamphuis staat beter bekend als de vrouwenjager, Hans van Thillo, journalist, strijdt tegen meer dan alleen de alcohol, omroepster Corinne Kraayhof raakt verstrikt in een hopeloze liefde en het latere bestuurslid Ans Salomon blijkt een vrouw met tomeloze ambitie. Aan de hand van ware