Aal de Preu, Bram de Mop en Chris de Koffiebaas: drie alom bekende Utrechters uit het begin van de vorige eeuw. Maar het zijn niet hun echte namen. In heel Utrecht, maar vooral in de oude volksbuurten was het gebruik van bijnamen aan de orde van de dag. Een ook tegenwoordig worden er nog nieuwe bijnamen uitgedeeld. Naast de hierboven genoemde drie passeren in dit boek vijfhonderd bijnamen uit alle hoeken van de stad. We ontmoeten Dampie Eb en Vloed, Flapoor, De Gaper, De Haaienfrik, De IJsconeus, Jaan de Piepert, Ka de Amsterdammer, Het Lamme Klauwtje, Maandag, Na de Kikkert, O m'n Keesje, Het Paard, De Rabbi, De Sampert, De Taaie, De Uil, De Waaghals, Het Zangduo en vele anderen. De toelichtingen op het ontstaan van een bijnaam geven tezamen een kleurrijke kijk op de Utrechtse volkscultuur van de voorbije eeuwen. Evert van der Zouw maakte voor dit boek een keuze uit duizenden bijnamen, en legt hiermee de grondslag voor een steeds verder groeiende standaardverzameling van Utrechtse