Petrus Datheen is geboren te Cassel bij Poperinge in 1531. Zeer jong werd hij Karmelieter monnik in een klooster bij Ieperen. Nog geen twintig jaar oud legde hij de monnikspij reeds af om de hervorming te gaan prediken te Kortrijk en te Poperinge. Door de vervolging vluchtte hij naar Londen, waar hij zich vestigde als boekdrukker. Bij de troonsbeklimming van Maria Tudor was hij ook genoodzaakt Engeland te verlaten. Vanaf dat jaar leidde hij door allerlei vervolgingen een zwervend leven. In dienst van Frederik III, de keurvorst van de Paltz, zorgde hij voor de Gereformeerde liturgie en schreef de bekende Psalmberijming, die nog steeds heel geliefd is. Gedurende enkele jaren was hij in dienst van Prins Willem I en in 1578 was hij voorzitter van de Dordtse Synode. In 1588 stierf deze opgejaagde dienstknecht in het Duitse plaatsje Elbing en mocht hij de rust ontvangen die er overblijft voor het volk van God.