Deze autobiografische roman verhaalt van een jongen uit een Indisch gezin dat in 1950 van Djakarta naar Hollandia verhuist. Na de Tweede Wereldoorlog, waarin de vader in een jappenkamp was geïnterneerd, en de daarop volgende Indonesische onafhankelijkheidsstrijd en de Bersiap-periode, lijkt Nieuw-Guinea een veelbelovende mogelijkheid om een nieuw bestaan op te bouwen. De situatie is er echter primitief vergeleken bij het vooroorlogse Indië, en gaandeweg wordt de dreiging voelbaar van de claim van Indonesië op dit gebiedsdeel. Hollandia Blues, in een sober poëtische stijl geschreven, is het 'coming of age' verhaal van een Indische jongen, een stoere held die verliefd wordt op filmsterren en die bovenal graag een echte Indo wil zijn. Hollandia is zijn ideale 'jongensland'. Hollandia Blues is een uniek tijdsdocument uit het laatste stukje Indië dat Nederland bezat. Over de lotgevallen van de Indische Nederlanders die daar leefden is nauwelijks iets substantieels geschreven en dit