Wanneer ze het bericht ontvangt dat haar vader plotseling is overleden, reist Franka Winsemius naar haar ouderlijk huis in Friesland. In de trein ontmoet ze Bob de Vries, een freelance fotograaf. Na de begrafenis blijkt, dat de boerderij al tijden niet voldoende opbrengt om van te leven. Eigenlijk zou het het beste zijn alles te verkopen, maar waar moeten ze dan van leven? Moeder Winsemius ontvouwt het plan om van de hoeve een mini-camping te maken, op voorwaarde dat de dochters meehelpen. Het grote vee en de machines worden verkocht en met dat geld kunnen er aanpassingen worden gedaan. Franka besluit haar baan op te zeggen om thuis kunnen helpen. Tijdens haar laatste dag in Den Haag maakt ze kennis met Vince Versteyne. Al snel blijkt dat Vince verknocht is aan het Friese land en in de daaropvolgende zomer legt hij dan ook met zijn zeilschip aan bij hun boerderij. Bob de Vries is inmiddels een graag geziene gast op de hoeve. Franka is jaloers wanneer ze merkt dat hij meer voor haar zus
