Het leek een te gekke kerstvakantie te worden. Fauve had niet gedacht dat ze een nieuw vriendje zou krijgen. Hij heette Pepijn en was het broertje van haar vriendin Iris. Ze speelden vaak in het park. Op het eilandje in de vijver, want er lag ijs. Of ze fietsten door de stad, Fauve met Pepijn achterop, en dan fantaseerde ze over later. Over trouwen en zo. Maar het werd de rotste vakantie van haar leven. Fauve had nooit kunnen bedenken dat ze haar vriendje zo snel weer kwijt zou raken.