Op een vrijdagavond wordt een verwarde, smerig uitziende man met een zwart lapje voor zijn linkeroog het politiebureau van Spokane binnengebracht. Hij was bezig de bouwsteigers van een al jaren leegstaand, twaalf verdiepingen tellend hotel te beklimmen en wil nu een moord bekennen. Een moord die nog niet ontdekt is. Rechercheur Caroline Mabry neemt de ‘gek’ mee naar een verhoorkamer. Negentien uur lang is de man daar bezig met het opschrijven van zijn levensverhaal – een verkeerd gelopen jeugdvriendschap speelt een belangrijke rol in het verhaal – terwijl Mabry, vechtend tegen de slaap, het verhaal in zich opneemt. Marbry spoort de mensen op die hij noemt en komt er gaandeweg achter wie de ‘gek’ is en wat er is gebeurd. Het verhaal wordt beurtelings vanuit het perspectief van Mabry en van de onbekende man verteld. Jess Walter debuteerde in 2001 met Als het graf zwijgt. Daarna volgden vijf romans, waaronder National Book-award finalist Het Nulpunt en de Edgar Allen