De strijd in de lucht begon in 1914 met het maken van verkenningsvluchten. Voor iets anders waren vliegtuigen niet te gebruiken, dacht men toen. Maar toen de strijdende partijen zich moeite gingen geven om die „vliegende potte- kijkers” van de tegenpartij te verdrijven of zelfs te vernietigen/ontstond de vraag naar lichte bewapende éénpersoonsvliegtuigen, enerzijds om de eigen verkenners te beschermen, anderzijds om die van de tegenpartij uit de lucht te schieten.Zo ontstond het jachtvliegtuig, een frêle tweedekker met een tweetal mitrailleurs als bewapening, waarmee weldra de „helden der lucht” uit de eerste wereldoorlog elkaar op leven en dood bestreden. In de latere na-oorlogse jaren ging de tweedekker plaats maken voor de één- dekker, veel sneller en veel zwaarder bewapend, waarvan er tijdens de tweede wereldoorlog tienduizenden werden gebouwd, niet alleen meer als puur jachtvliegtuig, maar ook als jachtbommenwerper of snelle verkenner. Ook verschenen er toen