Jantina werd geboren in een Drentse plaggenhut in een gezin van zestien kinderen en groeit op in Enschede. Haar drie jaar oudere zus Lena sterft op twintigjarige leeftijd aan tuberculose. Tussen haar spulletjes vindt Jantina een bruin boekje, waar haar naam op staat. Hierin heeft Lena op een raadselachtige manier Jantina’s toekomst genoteerd. Maar dat ontdekt ze pas later. Wanneer haar man zich tijdens de Tweede Wereldoorlog aanmeldt bij de Waffen-SS, gaat ze bij hem weg. Ze sluit zich aan bij verzetsgroep Overduin en brengt Joodse en zigeunerkinderen naar onderduikadressen. Daarbij gebruikt ze soms de SS-kaart die ze nog heeft. Ze wordt opgepakt, gemarteld en vernederd. Na de oorlog wordt Jantina door velen als een vrouw van een SS’er gezien. De rest van haar leven vecht ze tegen depressies en manische buien. De oorlog blijft in haar binnenste woekeren.Dit is een waargebeurd verhaal. Er staan gebeurtenissen in, die nooit eerder aan het licht kwamen. Zoals de aan het eind van
