Welke jeugdboeken voor lezers tussen de elf en zestien jaar waren in 1993 en 1994 de moeite waard? Wat zijn de echte 'toppers' die je gelezen moet hebben? Waar gaan ze over? Hoe zitten ze in elkaar? Tegen welke achtergrond moet je ze lezen? Welke boeken werden bekroond door de Griffel- en Kinderjury? Op deze vragen geeft dit boek een antwoord.Ruud Kraaijeveld (1951), docent Nederlands, is een kenner van de moderne jeugdliteratuur en specialist op het gebied van literatuuronderwijs. Hij publiceerde onder andere schoolboeken en informatieve boeken over jeugdliteratuur (ZOALS OVER LEZEN GESPROKEN 1 EN 2), stelde succesvolle bloemlezingen samen en ontwikkelde de complete (jeugd)literatuurlijn voor de onder- en bovenbouw van de basisvormingsmethode OP NIVEAU. Zijn recensies verschijnen in JEUGDBOEKENGIDS, LEESIDEE JEUGDLITERATUUR, JEUGD BOEKEN en L EVENDE TALEN. Hij werkte mee aan het Lexicon van de jeugdliteratuur en is mede-redacteur van de reeks Memo jeugdliteratuur. Over