Het denken van Immanuel Kant (1724-1804) vormt een absoluut hoogtepunt in de geschiedenis van de, Westerse f11050fic. Beroemd zijn zijn drie omvangrijke 'Kritieken', maar daarnaast schreef hij nog vele andere kleinere werken die van grote invloed zijn geweest OP uiteenlopende terreinen als kennistheorie, ethiek, esthetica, rechtsfilosofie, Politieke theorie, godsdienstfilosofie en theologie. Tussen 1784 en 1795, dus na het voltooien van zijn magistrale 'Kritik der reinen Vernunft' (1781), schreef Kant een aantal korte essays, nu niet alleen voor vakgenoten maar speciaal ook voor een breder, ontwikkeld publiek bestemd. Hij behandelt er onderwerpen in als het begin en het einde van de geschiedenis, de mogelijkheid van een blijvende wereldvrede, de vraag of onze geschiedenis een bepaalde richting vertoont, en wat het betekent om onafhankelijk te leren denken. Kant was tussen de zestig en zeventig toen hij deze beschouwingen schreef, en men proeft er de gerijpte levenswijsheid uit van een