Dit essay is het onbetwiste standaardwerk van Max Wildiers. Het brengt de kernbegrippen onder ogen in de verschillende wereldbeelden die de mensheid in de loop der tijden in het westen heeft gehad. Telkens weer werd anders over de relatie tussen God, kosmos, mens en wereld gedacht. Dit boek gaat op boeiende wijze na hoe de kosmologie in de evolutie van de westerse cultuur heeft gefunctioneerd. Voor de Grieken was de kosmos een volmaakt geordend geheel, een sacraal gegeven waar hij met diepe eerbied en eindeloze bewondering naar opzag en zich aan onderwierp. Onder invloed van de bijbel kreeg de kosmos in de middeleeuwen een andere betekenis: hij was een schepping zoals de mens zelf. En omdat alleen de mens geschapen is naar Gods beeld en gelijkenis, had hij ook voorrang op de kosmos. Er werd een christelijke wereldbeschouwing opgebouwd door wereldbeeld en geloofsleer op een harmonische wijze met elkaar te verbinden. Voor de middeleeuwse mens fungeerde het hiërarchische ordebegrip, dat