Labbekak is ervan overtuigd dat hij weinig waarde heeft in het leven. Alle andere dieren kunnen de mooiste en moeilijkste dingen zoals hardlopen, springen en zingen. En zelfs de lelijke slak heeft een eigen huis terwijl Labbekak in een oud schuurtje tussen rommel woont. Uit alle macht probeert Labbekak ook iets moois of moeilijks te doen. Al zijn pogingen mislukken en hij besluit dan maar om uit het leven te verdwijnen. Maar dan komen alle dieren hem smeken of hij nog eens wil optreden, Want ze kunnen zo om hem lachen.....