Moeten we de transformatie van ons landschap zien als de vernietiging van plekken en plaatsen die ons dierbaar waren, als de onvermijdelijke aanpassing van het land aan een moderne maatschappij? Ontstaat er daardoor een breuk met het landschappelijk verleden? De auteurs benaderen deze vraagstukken vanuit vele verschillende perspectieven: geografisch, archeologisch, antropologisch, (kunst)historisch, ecologisch, filosofisch, potisch, enz. Daarmee levert dit boek een belangrijke bijdrage aan het interdisciplinaire denken over de actuele toestand en de toekomst van het Nederlandse (cultuur)landschap.