Marion Poschmann werd in 1969 in Essen geboren en groeide op in het Ruhrgebied. Ze studeerde Duitse taal- en letterkunde, slavistiek en wijsbegeerte en was zes jaar werkzaam in een basisschoolproject Duits voor Poolse kinderen 'Spotkanie heißt Begegnung'. Sinds 1990 woont ze in Berlijn. Ze schrijft zowel poëzie als proza en publiceerde tot nu toe drie dichtbundels, drie romans en een novelle. Zelf spreekt ze het liefst van Dichtung, die ze ziet als een middel om anders waar te nemen. In haar gedichten wisselen het lyrische ik en de buitenwereld eigenschappen uit. Het anorganische begint te leven, het subject wordt één met de objecten waardoor het wordt omringd. Het zichtbare en het onzichtbare gaan bevreemdende verbindingen aan. Met de woorden uit haar dankrede voor de Peter-Huchel-Preis 2011: 'Zichtbaarheid isoleert. Onzichtbaarheid verbindt.'