Korte verhalen waren zijn handelsmerk: de Zwitserse schrijver Robert Walser schreef er meer dan duizend die in diverse kranten en tijdschriften verschenen. Een deel hiervan zijn liefdesverhalen die in de bundel Liefdesverhalen bijeen zijn gebracht. De bundel staat vol miniaturen: impressies van eerste liefdeservaringen, observaties van verliefdheden en een enkele keer speelse parodieën op het genre van de colportageroman, de kasteelromannetjes van de vroege twintigste eeuw. Erotiek is bij Walser meer dan het verlangen naar vrouwelijk schoon. Hij vindt het in levenloze materie, zoals een tuinhek in de sneeuw of een fraaie wolkenformatie, en legt onbevangen verbanden. Zo beschrijft hij meisjes als lichamen die gevormd zijn uit klanken, bloemen en geurend licht. De beeldrijke taal waarin Walser de liefde in haar schoonheid en verval probeert te vangen, maakt van dit proza een poëtisch avontuur. Robert Walser (1878-1956), een van de grootste modernistische schrijvers van de
