Twee wagens racen voorbij. Jongeren op weg naar het popconcert van hun lievelingsgroep. De muziek uit de autoboxen maakt ze doof. Ze zijn zo vervuld van wat gebeuren gaat, dat ze blind zijn voor het gevaar...En plots is daar die muur. De vrienden ontwaken in een verlaten fabrieksgebouw. Wat is er met hen aan de hand? Waar zijn ze? Tot ze opeens 'weten', ze zijn - nog niet - dood. Flarden van de realiteit dringen door: de soms moeilijke relatie met de ouders, de groeipijnen van de puberteit, de vriendschap-boven-alles, de eerste liefjes en de eerste ontgoochelingen, de poses en de onzekerheden, de schuldvraag...En ondertussen hopen ze opnieuw te mogen leven of...toch niet.