Het Groothertogdom Luxemburg behoort ongetwijfeld tot de kleinste naties ter wereld. Gelegen in het centrum van Europa wordt het ook het 'groene hart van Europa' genoemd. Groen is het zeker en het natuurschoon is nagenoeg ongerept. Door de geringe bevolkingsdichtheid, die bovendien nog geconcentreerd is in de 'grote' steden Luxemburg en Esch-sur-Alzette, bleven landschappen onaangetast. Met in het noorden de wat woestere Luxemburgse Ardennen, de Oesling genaamd, en in het zuiden de zachtere lijnen van het Gutland biedt het land een rijkdom aan recreatiemogelijkheden, vooral op het sportieve vlak. Hoewel de geschiedenis dit kleine vorstenstaatje nauwelijks spaarde, bleven de Luxemburgers een goedmoedig volkje, vriendelijk voor zijn gasten en fier op zijn historische monumenten. Onder het mottoe 'Mir wölle bleiwe wat mir sin', afkomstig van de Luxemburgse dichter Michel Lenz, bleef het landje zijn charme behouden, ondanks de jaarlijkse stroom toeristen. Voor wie rust en natuur zoekt -