Johan weet dat het krantenbericht over zijn beroving in de metro niet klopt. Want de dief werd gedood door een angstaanjagende gestalte met een wit gezicht, die hij precies beschreven heeft. En daar stond niets over in de krant. Het lijkt of de politie iets wil verzwijgen, maar wat? 's Nachts staat de dief, nu met een wit gezicht, voor Johans slaapkamerraam en fluistert: help! help! Dat is voor Johan het bewijs dat er wel heel vreemde dingen gebeuren. Want doden praten niet. En wandelen doen ze zeker niet...