Maquettes hebben een niet te onderschatten bijdrage geleverd aan het architectonisch discours van de afgelopen decennia. Als voorbeeld noemt auteur Christophe Van Gerrewey bijvoorbeeld de maquettes van Rem Koolhaas' bureau OMA. Zo hebben hun twee gipsen modellen van de Très Grande Bibliothèque in Parijs een nieuw inzicht gegeven in een ruimte, die zowel als massa en als contramassa gelezen kan worden. Het model van de cruiseterminal in Zeebrugge heeft op zijn beurt de kracht van de iconische vorm verduidelijkt. In deze OASE is er ook veel aandacht voor de (architectonische) maquettes die in het oeuvre van verschillende kunstenaars een belangrijke rol spelen, zoals in het werk van Mike Kelley en Thomas Demand. Deze maquettes zijn bijna nooit bedoeld om elders op een andere schaal gerealiseerd te worden; ze werken direct met de dualistische connotaties van de maquette. Hoewel beide disciplines de maquette vanuit onderling sterk verschillende motieven inzetten, is de