In de zomer van 2003 werd pianist en componist Michiel Borstlap gevraagd een opera te componeren in opdracht van de Emir en Emira van Qatar. Het zou de eerste opera in de Arabische geschiedenis worden, en er was ongeveer een maand tijd om hem te schrijven. Borstlap nam de opdracht aan en vier weken lang bivakkeerde hij in Cairo, samen met zijn collega Melchior Huurdeman en zijn Egyptische vriendin Dana.Het werd het begin van een onnavolgbaar avontuur in de woestijn. Een avontuur met hoofdrollen voor de muziek, de beroemde Perzische wijsgeer Avicenna en een Amsterdamse jazzpianist, en hilarische bijrollen voor een gewiekste Egyptische zakenman, een bejaarde Romeinse choreograaf, een Irakese librettist, een Roemeens symfonieorkest, een dansgezelschap uit Beiroet, miljoenen dollars, de akoestiek van de woestijn, een podium zo groot als drie voetbalvelden, Al Jazeera, het Koninklijk Paleis, onheilspellende telefoontjes, doorwaakte nachten en talloze flessen rode wijn en sloffen