Van de biljarttafel in Hoorn tot het kunstgras in Rwanda. Het verhaal van een Hollandse coach in verre oorden. Het stof stuift op van de gortdroge vlakte waar naast topsport ook het spook van te vroeg gestorven gras rondwaart. In de verte klinkt het gerommel van een rap naderende Toyota Landcruiser. Uit de ongeconditioneerde 4-wheel-drive stapt een doorgewinterde wereldburger. Rene Feller zwaait het portier open en bekijkt zijn voor hem opgestelde selectie met de frisse moed van een geboren einzelgänger. Uit de achterbak halen de selectiespelers van Armee Patriotique Rwandaise FC de rode pionnetjes en oranje hesjes voor de aan de tekentafel in het resort bedachte dagelijkse oefeningen tevoorschijn, die onder het toeziend oog van Feller door een aantal assistenten minutieus over de vlakte worden uitgestald. Wederom een dag noeste arbeid in het 'Zwitserland van Afrika'; het kan beginnen. Het zou zomaar de omschrijving van een gemiddelde nine-to-five van Rene Feller, coach van de