Hoe ik daar kwam is een lang verhaal, maar in januari 1945 zat ik in een militaire vrachtwagen die Parijs binnenreed. Een groezelige, winterse stad, maar wel Parijs. We passeerden de Seine, zagen de Eiffeltoren. Alles was echt.In Billancourt (armoedige voorstad, Renaultfabriek) bereikten we ons voorlopig onderkomen. De grote schuilkelder was bijgebrek aan luchtalarm maar al te blij om weer eens volk over de vloer te hebben, al sprak het een Duitsachtig taaltje.Drs. P is een enthousiast en fervent bezoeker van de Franse hoofdstad en hij woonde er zelfs ook een tijdje. Hij onthaalt ons op herinneringen aan onder andere zijn dik half jaar in Parijs in 1945. De stad kwam toen merkbaar bij van de bezetting en de strenge winter.Het boek wordt opgeluisterd door een aantal gedichtjes en liedteksten, o.a. over De Gaulle, le Métro, Place des Vosges en Drs. P s eenmalige ontmoeting met Juliette Gréco.