Pia Spits bijt zenuwachtig op het puntje van haar staart. Ze leest de brief van oom Nejus voor de zesde keer. Voor de zevende keer. En nog een keer. Steeds hoopt ze dat er staat: 'Kom géén vakantie bij me vieren.' Maar dat staat er niet. Dan neemt ze een besluit. Ze pakt haar koffers in en gaat.