Maks voelde dat er iets onherroepelijks stond te gebeuren. Hij keek naar het bootje, vervolgens naar Splendis, en daarna naar de zeespiegel. Hij zag dat Splendis van links en rechts de zeestromen bij elkaar bracht, totdat er één sterke stroom ontstond, die als een donker watermonster in de richting van de kleine boot bewoog. Er klonk een laag gebrul, een dodelijk berengeluid. De inzittenden konden roeien wat ze wilden, ze hadden geen schijn van kans. Op een dag staat Maks onverwacht weer voor de glanzend groene deur die hem in De ruiters van Glaas bij Sterre, Span en koningin Mare bracht. Zonder aarzelen gaat Maks erdoor. Er blijkt veel veranderd te zijn in het land van Glaas. En niet alleen ten goede. Piraten plunderen het land en worden steeds brutaler. Dan maakt Maks kennis met Splendis, de leidster van de zeerovers, en hij valt als een blok voor haar. Tot hij ziet dat ze ook een wrede kant heeft. Samen met Sterre moet hij Splendis proberen tegen te houden.
