Tante Bettina was iemand die zich door geen enkele omstandigheid of persoon van haar voornemen liet afbrengen. Daarin werd zij duidelijk geleid door de Schepper van hemel en aarde. Al op haar tiende moest ze haar, van negerslaven afkomstige maar geassimileerde, Joodse moeder missen. Ze had een vader vol problemen die het niet meer zag zitten en zelfmoord pleegde. Bovendien werd ze ook nog verkracht door een oom die eigenaar was van een plantage.Een gruwelijk scenario wat veel mensen letterlijk en figuurlijk niet overleven. Echter, tante Bettina was een ijzervreter, een vuurvreter.Ze trouwt een man omdat diens vrouw (die stervende was) dat vraagt. Ze verzorgt deze man totdat hij overlijdt. Na zijn dood stelde zij haar huis - als onbekende Surinaamse Jodin - open voor acht Joden. Ze werd verraden en via Kamp Vught naar Dachau gedeporteerd, waar ze onmenselijke medische proeven aan haar lichaam onderging. Bizar genoeg werd ze verliefd op een SS-er die haar hielp.'Onkruid vergaat niet'