Eind jaren 20 van de vorige eeuw werd W. Th. Boissevain gezien als een talentvol coming man in de kerk. Jaren later werd hij door Rost van Tonningen 'de meest intelectuele NSB-er' genoemd, een partij-ideoloog. Het leven van Boissevain is te beschouwen als een muziekstuk met de titel: Tussen avondrood en zonsondergang. Aan de ene kant het fin-de-siècle gevoel en aan de andere kant de ondergangsstemming van de beide wereldoorlogen. Zijn levensgang in deze periode is opmerkelijk: van talentvol, jonge theoloog naar ideoloog van de NSB. In deze laatste rol heeft Boissevain een belangrijk bijdrage geleverd aan het winnen van het protestants-christelijk volksdeel voor de NSB. Wat waren de idealen van deze opmerkelijke man? Wat waren zijn drijfveren om lid te worden van de NSB? En hoe is hij met de keuzes die hij maakte, te plaatsen in zijn tijd?