Marije gaat logeren, bij haar opa en oma. Ze heeft er veel zin in, want opa en oma zijn niet alleen heel lief, ze wonen ook nog bij een bos, en hebben een poes, een kip, een schommel en een zandbak! Bovendien vertelt haar vriendje Tommie dat je elke dag frietjes of pannekoeken krijgt als je ergens logeert. Marije wil wel honderd nachtjes. Maar zo lang kan pappa haar niet missen, zegt hij. Het worden er vijf, en daarvoor moet je een heleboel inpakken, een grote koffer vol. Marijes liefste knuffel Spetter mag in haar rugzak, die zet ze vast klaar onder de kapstok. Zo kan ze hem niet vergeten...