Tristan en zijn trawant Francesco Prelati hebben Venetië verlaten en keren over zee terug naar Vlaanderen. Nadat ze onderweg kennisgemaakt hebben met Jacques Coeur, het hoofd van het munthuis van de koning van Frankrijk, gaan de twee mannen in de drukke stad Brugge aan land. Daar kruisen ze het pad van een beroemde, bijzonder kleurrijke figuur: Filips de Goede, hertog van Bourgondië, liefhebber van vrouwen, van lekker eten en van wapengekletter. Na heel wat spannende lotgevallen zal Tristan spoedig, in Brussel, een van de vertrouwelingen van hertog Filips worden – een cynisch en gewetenloos politicus, en een van de machtigste leiders van dit deel van de wereld...