Het spijt me ontzettend, zei meeuw, de poes, toen hij zijn poot op een dikke muis zette. Wees maar niet bang! Zal ik ja gaan vertellen wat ik met je ga doen? Ik weet wat je gaat doen, zei de muis zacht. Als je me genoeg gemarteld hebt, eet je me op. Nee hoor, zei Meeuw. Dood me, zei de muis zwak. Dood me en zet er een punt achter. Om de dooie dood niet, zei Meeuw. Jij wordt mijn troetelmuis.