Dit boek ontsluit de schatkamer van de middeleeuwse verhaalkunst. Het gaat om verhalen rond Karel de Grote en zijn vazallen, Artur en zijn ridders, Siegfried en andere helden uit de Germaanse epiek, om satirische dierenepiek zoals Reynaert de Vos, om beroemde liefdesparen als Lancelot en Guenevere, Tristan en Isoude, Floris en Blanchefleur en om de vertellingen rond de `ridders' uit de Oudheid zoals Hector, Alexander en Eneas. De auteurs traceren ook het voortleven van deze verhalen tot in onze tijd.