Van Alphen tot Zonderland: een ietwat geografisch aandoende titel voor een dan ook bij uitstek nationaal boek. De taal is immers het hele volk; de taal zoals we die niet de paplepel ingegoten krijgen moet dus bij uitstek vormgeven aan ons nationale gevoel.In Van AIphen tot Zonderland heeft Anne de Vries een ruime keus bijeengebracht uit wat Nederlandse en Vlaamse dichters in de loop der tijden voor de jeugd hebben geschreven. Geen anonieme bakerversjes dus, geen grotemensengedichten die ook wel door kinderen te genieten zijn, geen gedichten ván kinderen - het terrein is zonder dat al nauwelijks te overzien. Het begint al voor (Hieronijmus van) Alphen, om zich in de loop van de negentiende en vooral de twintigste eeuw, ook nog na (Daan) Zonderland, drastisch uit te breiden. Veel moois, veel onbenulligs, vrolijks, stichtelijks, onbezorgds en belerends - De Vries heeft van alles wat genomen, maar natuurlijk de nadruk gelegd op het echt treffende en poëtische, zodat Van Alphen tot