Pieter vindt het moeilijk om met groep 7 en 8 op schoolkamp te gaan. Zijn vader is heel erg ziek en het liefst zou hij daarom thuisblijven. Om zijn vader een plezier te doen, gaat hij toch.Maar tijdens het kamp kan hij niet echt genieten en houdt zich afzijdig. Hij trekt het meest op met Niels, die een gebroken been heeft, en Willeke, het impopulaire dikkerdje.Op zeker moment ontdekken ze in een ondergrondse boshut een meisje. Zij blijkt van huis te zijn weggelopen.