Jachthondensport is de laatste jaren uitgegroeid tot een bron van ontspanning voor duizenden mensen en honden en er zijn meerdere trainingsmethoden in omloop. In Wat een jachthond moet weten staat de training van de individuele zintuigen van de jachthond centraal. De mens en de hond gebruiken verschillende zintuigen om hun omgeving op waarde te schatten. De hond gebruikt in zijn leven voornamelijk de snuit en minder het oog. In de opleiding moet hij stap voor stap het nut van het oog en de neus leren kennen. Hierdoor ontstaat een werkhond met veel zelfvertrouwen en vaardigheden. In de beschreven methoden wordt de hond vooral gestimuleerd en wordt dwang zoveel mogelijk vermeden om zowel baas als hond maximaal plezier te gunnen bij het verkrijgen van de jachtvaardigheden.In Wat een jachthond moet weten beschrijft de auteur aaneengesloten de opvoeding van de jachthond en de opleiding tot apporteerder en speurder op wild en zweet. Paul de Vos is trainer en kynologisch publicist en
