Waterwolven gaat over dijkenbouwers en droogmakers, de mensen die al eeuwenlang proberen te voorkomen dat Nederland door het water wordt opgeslokt.Het gaat over Friezen die terpen bouwden in de Waddenzee, over monnik Willem van Saefthinge die op blote voeten de Zeeuwse slikken in trok, over molenmaker Jan Adriaenszoon Leeghwater en over de arts Nicolaas Cruquius, die het woeste Haarlemmermeer wilde temmen. Jan Anne Beijerinck liet het Haarlemmermeerwater zakken, waardoor overblijfselen van huizen en kerken tevoorschijn kwamen, Cornelis Lely streed zijn leven lang voor een dijk dwars door zee.Een geloof in God, dat hadden deze mannen gemeen, en bovendien een geloof in maakbaarheid. Maar dat geloof verdween, net als de maakbaarheidsgedachte.De dreiging van het water zal nooit verdwijnen. Het wachten is op een volgende stormvloed.'Het boek is er vooral voor de lezer. Ze maakt de watergeschiedenis toegankelijk voor een breed publiek, laat zien welke desastreuze gevolgen het verwaarlozen