Omkeerboek met de twee mooiste verhalen van Martha Heesen voor jonge lezers Nene is kwaad. Haar beste vriend Coppe komt nooit meer bij haar in de boom zitten. Hij speelt alleen nog maar met zijn nieuwe hond Wolf. Nene is bang voor dat grote, vieze, springerige beest en ze wil dat hij verdwijnt. Dan kan zij weer gewoon met Coppe spelen. Maar als Wolf door de stroming in de rivier wordt meegesleurd, schrikt Nene toch erg. Niemand kan de hond terugvinden. Alleen Nene weet misschien waar hij is. Durft ze ’s nachts op zoek te gaan? Klaar en haar vader broeden op een ganzenei. Er komt een prachtig kuikentje uit, waar Klaar meteen voor gaat zorgen. Ze bedenkt een naam (Maandag), geeft hem te eten en leert hem zwemmen. En Maandag begrijpt alles wat Klaar hem vertelt! Hij praat zelfs terug – al is Klaar de enige die dat kan horen. Hij helpt Klaar ook als dat nodig is. Als juf Aaf op bezoek komt bijvoorbeeld. Maar dat loopt niet goed af…
