Ik wil met jou voor eeuwig leven, minstens deze ene nacht. Tim zit in de bak - twintig maanden jeugdstraf . In de plaats van fuiven, vrienden en meisjes: wantrouwen, eenzaamheid en eentonigheid. Daarbij moet hij z'n mannetje staan tussen de medegevangenen en zorgen dat hij niet verstrikt raakt in de relletjes die niet van de lucht zijn. Met moeite schikt Tim zich in de omstandigheden. Hij leest, denkt na, leeft zonder veel afwisseling. Tot er iets gebeurt wat eigenlijk helemaal niet kan gebeuren: Tim wordt verliefd. Op Martha, die van 'buiten' komt en die via een integratieprogramma één keer per week in de bak opduikt. In Tim ontwaakt een honger naar leven, hij denkt alleen nog aan Martha. De aalmoezenier zegt hem wat hij niet wil horen: een liefdesrelatie overeind houden als je in de bak zit, is moeilijk genoeg, er één beginnen is praktisch onmogelijk. Maar als Tim op verlof mag, slaat de vlam in de pan. Geen toekomst, alleen maar tegenwoordige tijd hebben
