Dit boek zoekt naar een inzicht in een eeuwenlang stabiel patroon, een canon, in de geschiedenis van Zeeland. Drie rivieren - Rijn, Maas en Schelde - maken westwaarts een scherpe bocht en stromen uit in de Noordzee. Met name de Ooster- en Westerschelde hebben een diepgaand, uniek en blijvend stempel gezet op de eigenheid van de bevolking en zijn bedrijvigheid. Zeeland was een bakermat in de vrijheidsstrijd van de Republiek.In tweeduizend jaar profileerde zich aan de Scheldemonden grote bedrijvigheid in de land- en tuinbouw en de zeehavens. Later kwamen daar de industrie en recreatie bij. Eeuwenlang heeft het militair een strategische positie ingenomen. Mede door de geografische kleinschaligheid heeft het altijd een specifieke sociale structuur gehad, gekenmerkt door kleinstedelijkheid en platteland.In een panorama en een analyse wordt een regionaal-historische beschrijving gecombineerd met een meer theoretisch betoog over de regionale economie. Het gewest heeft altijd zijn plaats
