Vijf verhalen schilderen de levens van kinderen in vijf verschillende Afrikaanse landen. Een gezin in een Keniaanse krottenwijk moet aan geld zien te komen om de oudste zoon naar school te kunnen sturen. Een broertje en zusje dreigen als slaven naar Gabon verkocht te worden door hun oom. Twee kleine meisjes vechten voor hun vriendschap tegen de achtergrond van de religieuze conflicten in Ethiopië. Aan boord van een bus vol vluchtelingen probeert een jonge moslim in Nigeria zijn geloof niet te verloochenen. Een Rwandees meisje slaat in volkomen verbijstering de slachting gade die ook haar familie niet voorbijgaat.